Blog
Ik heb een beperking.
Ik heb een beperking, raar woord eigenlijk…”beperking” alsof ik ineens anders ben dan de rest. Ik heb namelijk een tijdelijk beperking. Een onzichtbare, tijdelijke beperking. Ik ben dus even anders en dat is raar want ik voel me niet echt anders en toch word ik wel anders bekeken. Als ik met mijn moeder van 72 in het tuincentrum ben en ik haar laat sjouwen met een grote zak potgrond, wat haar eigenlijk niet lukt, voel ik de blikken van de mensen om me heen. Als ik na een halve dag werken nog even bij de bakker binnenloop en zeg dat ik zo moe ben van alle prikkels en echt even moet gaan liggen hoor ik de mensen bijna denken… Die is niks gewend, aansteller.
Ik heb een gehoor-verbeterende operatie ondergaan waardoor geluiden nu anders binnenkomen en ik ook absoluut niet mag bukken en tillen. Ik voel me verder goed, ben niet ziek en kan echt genieten van een ochtendje op stap met mijn zoon. Daarna ben ik uitgeteld. Hij ook. Hij heeft namelijk ook een niet zichtbare beperking. Dat van die beperking vindt overigens de maatschappij, ik vind hem gewoon Thomas, een geweldige bijna puber (nou ja bijna…?) van bijna 12 jaar met Asperger.
Hij is dus beperkt (vindt de maatschappij), hij kan prikkels van buitenaf niet filteren waardoor alles bij hem binnenkomt. Van de tikkende klok in de keuken tot het dichtslaan van de deur bij de buren. Het kost hem dus heel veel moeite en inspanning om met maar 1 taak bezig te zijn. Wordt hij daarin gestoord of gaat het niet zoals hij in zijn hoofd heeft bedacht kan hij helemaal door het lint gaan. Het kookpunt is bereikt en hij moet letterlijk en figuurlijk stoom afblazen. Het lastige is dat het vaak niet opvalt dat het kookpunt nadert. Wij, zijn ouders en jongere broertje, zien het inmiddels wel aankomen en kunnen vaak ook wel wat sturen. Maar soms lukt dat niet, of soms kunnen wij de situatie ook niet veranderen en dan kan hij ontploffen. Dan is hij ineens niet meer die leuke, lieve bijna puber maar verandert hij werkelijk in een monster. Alles binnen handbereik wordt een mogelijk doelwit om mee te gooien, deuren vliegen er bijna uit en het taalgebruik……
Weet je wat nu zo jammer is. Die lieve, leuke bijna puberzoon, die zo keurig met twee woorden praat, bedankt als hij ergens is geweest en zijn best doet om zicht te gedragen zoals wordt verwacht. Die lieve, leuke bijna puberzoon die elke dag zeker 70% aanwezig is valt niemand op. Daar denkt niemand wat van. Maar die losgeslagen, scheldende, tierende boze bijna 12 jarige puber dáár heeft iedereen een mening over. Ze zeggen het niet hoor, maar je voelt de blikken, hoort de onuitgesproken woorden…
Mijn tijdelijke, onzichtbare beperking is bijna voorbij. De operatie is geslaagd en ik mag weer alles doen wat ik voor de operatie mocht. Ik zie er nog steeds hetzelfde uit en toch voel ik de verandering, ik gedraag me weer zoals de maatschappij verwacht. Ik tel weer mee. En het raakt me harder dan ooit……zal mijn lieve geweldige zoon ooit echt meetellen zonder veroordeelt te worden?
Een trotse moeder.
Terug naar overzicht